1 Tegen 100

Voorbereiding:

  • Maak vragen met drie antwoordmogelijkheden (A, B, C).

Het spel:

  • Eén speler (A) zit voorin met zijn rug naar de groep, zonder stemkaartjes.
  • De spelers in de groep krijgen allemaal drie stemkaartjes (A, B, C). Iedereen gaat staan.
  • De spelleider laat een vraag + antwoorden A, B en C zien.
  • De spelers in de groep krijgen 10 seconden bedenktijd. De spelleider telt de laatste 3 seconden hardop af. Dan laten alle spelers in de groep hun antwoord zien d.m.v. het omhoog houden van één stemkaartje.
  • Speler A geeft nu (zonder naar de groep te hebben gekeken) zijn antwoord hardop. De spelleider geeft aan of het antwoord goed of fout is.
  • Alle spelers in de groep die het goed hadden, blijven staan. De rest gaat zitten en is uit het spel.
  • Had speler A had goed? Dan speelt hij door.
  • Had speler A het fout? Dan is hij af en gaat het spel door, maar met een nieuwe speler A. De hele groep gaat weer staan en doet mee.
  • Het spel eindigt als speler A de hele groep heeft weggespeeld (of als er bijvoorbeeld nog een X aantal spelers staan).